Vandaag moet ik naar de tandarts. Het implantaat moet er
gedeeltelijk uit om een nieuw ondergebit te plaatsen. Dat gaat niet zonder slag
of stoot. Destijds is na de plaatsing van het implantaat gebleken dat één kant
op een zenuw rustte. De pijn was ondragelijk. Opnieuw 2 operaties en nog steeds
zit dat ene stuk op een zenuw. Bij elke beweging aan het implantaat, zoals
vandaag, moet alles stevig verdoofd worden anders is de pijn niet te harden.
Maar die anderhalve minuut van injectie inspuiten is minstens zo erg. Ik weet
het, er zijn veel ergere pijnen, maar helaas vanaf mijn eerste tandartsenbezoek
toen ik 4 jaar was en bij een onverschillige militaire arts terecht kwam die
zonder verdoving twee melktanden trok, was ik al doodsbang. Het is nooit
veranderd.
Geboren in de oorlog verdroeg ik als kind geen moedermelk,
geen geiten of normale melk. Was overal allergisch voor. Melklactose hoorde ik
jaren geleden. Ik lag op sterven, was al opgegeven om dood te gaan met drie
maanden. Er zijn dagen in mijn leven geweest dat ik me afvroeg waarom ik toen
toch gekozen heb voor dit leven. Toch koos ik hiervoor. Blijkbaar was dat de
afspraak die ik gemaakt had voor mijn geboorte. Zou ik echt hebben willen leren
wat eenzaamheid was, want dat was mijn geboorteafspraak. Leren wat alleen zijn
betekent.
Nu, dat heb ik echt geweten. Behalve de jaren met Berry, is
het leven eenzaam en alleen geweest. Toen wist ik nog niet zo goed dat je nooit
alleen bent, wel eenzaam kunt zijn. Je beschermengel en gids is altijd bij je.
Vanaf de dag van je geboorte, tot het moment dat je sterft. Ik noem het naar
huis gaan. Voor mij is aan die andere zijde mijn thuis en de aarde een
doorgangsproces om te leren.
Maar goed de tandarts. Met mijn achttiende jaar kwam ik
terecht bij een tandarts in Voorburg.
Op zekere dag moest hij zes keer met
lange dunne naaldjes in mijn tandvlees werken, beweerde hij. Een verdoving was
niet nodig, deed geen zeer, waren zijn worden. De pijn was ondragelijk. De angst
steeds groter voor het volgende naaldje. De pijn die werkelijk ondragelijk was
maakte dat ik na inbrengen van het derde naaldje flauw viel. Half op de grond
liggend en op het voetstuk van de stoel kwam ik bij. Mijn ene schoen lag ergens
op de grond vlak bij me, de andere lag ver in een hoek geschopt. De tandarts
hielp me overeind gaf me een klap in mijn gezicht en wilde me niet verder
helpen. Net alsof ik dat wel had gewild. Hij had het gewoon kunnen verdoven, in
plaats van me zo'n pijnlijke behandeling te geven, die misschien helemaal niet
nodig was geweest. Nooit in mijn leven heeft een andere tandarts dit ooit
voorgesteld om te doen. Maar ja, ook toen zat ik in het ziekenfonds en werd
toch alles betaald.
Op mijn achtentwintigste kon het niet langer. Dagelijks pijn
in mijn mond, alles had er allang uitgemoeten. Nu was het niet meer te harden.
Onze buurman en goede vriend Piet eiste dat ik nu alles er uit zou laten halen.
In Rotterdam, waar wij op dat moment woonden, waren net een paar klinieken
geopend die onder narcose je hele gebit trokken en 's avonds een nieuw gebit op
de wonden drukten. Op die manier had je wel een paar weken pijn, maar liep je geen
uur zonder tanden. Geweldig. Mijn ego vond zonder tanden lopen het ergste wat
er was. Dat is trouwens nog steeds zo. Het moest wel 's nachts uit. Wat denk je
hoe moeilijk het is om dat aan een man te vertellen waar je misschien mee
verder wil. Berry had er nooit moeite mee, deed het zelf ook gewoon uit, klaar
is kees. Mijn ex-vriend nam het net zo gemoedelijk op. Dan doe ik het toch ook
uit! Maar nog steeds voel ik het als een soort schaamte, hoewel miljoenen
mensen hetzelfde probleem hebben, zeker op de leeftijd die ik nu heb. Ik koos een kliniek uit die de beste naam had en kwam tot de
ontdekking dat onder narcose gaan juist in deze kliniek niet werd gedaan. Wat
nu? Toch maar gedaan. In de andere kliniek was tijdens mijn nadenkdagen een
vrouw niet uit de narcose gekomen. De keus bleef zwaar. De angst voor injecties
groot. De tafel lag letterlijk te schudden door mijn angst en de pijn. Met twee
man moest ik vastgehouden worden en negenendertig injecties waren nodig om mij
verdoofd te krijgen. Volgens de dokter kregen ze een grote vent eerder verdoofd.
's avonds weer terug om het nieuwe gebit in een mond vol wonden te plaatsen. Drie
weken nauwelijks eten maakte in ieder geval dat ik weer een paar kilo was
afgevallen, een zoete troost.
Vandaag is het opnieuw zover. Een nieuw ondergebit moet
worden geplaatst. Dus de injectienaald staat al klaar. Een lang dun naaldje,
die volgens mij tot in het bot doordringt. Een prik in je arm voel je
nauwelijks als ze bloed prikken of een infuus inbrengen, Waarom is deze zo
pijnlijk, vraag ik me steeds weer af. Och arm, heel even heb ik echt medelijden
met mezelf dat de angst voor de injectienaald zo groot is. Dom ook, vind ik.
Angst maakt het erger. Er zijn zoveel mensen die dagelijks een naald in hun lichaam
krijgen en andere, veel ergere pijnen lijden. Waarom helpt dit nu even niet
mijn angst en de pijn van de naald direct los te laten. Ach, we zijn mensen en
voelen onze eigen pijn het ergste. Dus lieve mensen, mocht alles bij u veel pijnlijker zijn,
lach me dan maar even uit. Ik verdien het en u lucht het misschien even op.
Fijne
dag en lieve groet, Maus